Vroegâh, toen je geen énkel moment wilde, kon en mocht missen van jezelf dat er vuurwerk afgestoken werd, en halve marathons door het huis rende om dat te bewerkstelligen...
“Kom je zo ook beneden Niels?!” roept mijn moeder vanaf beneden. “Ja! Bijna!” antwoord ik luid terug vanaf de zolderkamer. Ik lig zoals elk jaar ook op deze oudjaarsavond voor het open raam van de zolderkamer naar buiten te kijken. Vanaf hier heb ik het mooiste uitzicht over de wijk wat je maar kan hebben. Ons huis is net iets hoger dan de huizen waar ik naartoe kijk waardoor ik er op zolder precies overheen loer. Alles wat er in de wijk voor mij afgestoken wordt kan ik dus zien, en dat is gelukkig heel wat geweest tot nu toe! Doordat het raam wijd open staat had iedereen op straat binnen een straal van 50 meter van ons huis het antwoord dat ik net schreeuwde waarschijnlijk kunnen horen. Echter is er op dit moment niemand op straat en is het met vuurwerk dus ook erg rustig. Het is 10 voor 12 op 31 december 2006 en dat betekent dat het echte aftellen bijna gaat beginnen. Vandaar ook de vraag van mijn moeder of ik haar, mijn vader en mijn zusje beneden kom vergezellen voor de tv. Ik werp nog een laatste blik over de wijk, doe het raam dicht en dender de trap af. Wat er op TV is boeit me eigenlijk niet zo veel, dus in de 8 minuten die nog over zijn doe ik in ieder geval alvast mijn schoenen aan. De 5 grote vuurpijlen, 2 fonteintjes, 10 rotjes en 12 babypijltjes die we zo af gaan steken liggen al in de garage klaar, samen met een aansteeklontje en een aansteker om dat aansteeklontje aan te steken. Daarnaast hebben we nog een paar luchthuilers overgehouden uit het pakket en zijn er nog 3 van de 6 grondbloemen over. Het belooft een mooi feest te worden!
Om 5 voor begint dan de echte klok en komen er beelden voorbij van wat er afgelopen jaar allemaal gebeurd is. Het boeit me allemaal maar weinig en met 90% van mijn aandacht gericht op mogelijke knallen en lichtflitsen buiten zit ik zenuwachtig te wachten tot de grote wijzer 5 rondjes heeft gemaakt en samen met de kleine wijzer en de secondewijzer de 12 aan zal tikken. Het lijken 5 tergend lange minuten maar dan is het eindelijk zo ver. Tien, negen, acht, zeven, zes, vijf, buiten klinkt al geknal, drie, twee, één… Gelukkig Nieuwjaar!!! En terwijl op de tv het vuurwerk al los barst vlieg ik langs m’n ouders en m’n zusje om ze gelukkig Nieuwjaar te wensen. Ik ben daar nog geen twee seconden mee klaar of ook buiten barst het los. Het begint achter bij het huis en ik vlieg dan ook door naar het raam bij de achtertuin. Helaas staan er wel wat huizen in de weg dus het is wat lastiger te zien hier. Gelukkig is het uitzicht voor het huis vrijer en zodra ik daar rumoer verneem ren ik in volle sprint naar de ramen aan de voorkant. Daar gaat het op dat moment op drie plekken tegelijk los! Maar ook achter het huis wordt het steeds heftiger en met nog groter vaart ren ik weer terug om te kijken of het daar niet toch mooier is. Na 2 seconden concludeer ik echter dat dat niet het geval is en zo snel als ik kwam sjees ik weer terug naar voren. “Gaan we al naar buiten??” roep ik in de tussentijd. “Bijna, even jassen en schoenen aantrekken!” Wat zijn ze ook langzaam zeg. Er is al zoveel te beleven en dus ook te missen buiten. 30 seconden, die 5 minuten lijken te duren, later zijn ze er dan ook klaar voor. Ik ren naar de voordeur, gris mijn jas van de kapstok, trek die kapstok in mijn haast bijna van de muur en sta vervolgens als eerste buiten. Eerst maar eens kijken wat er allemaal gebeurt om ons heen voordat we aan ons eigen vuurwerk beginnen! Met een snelheid waar menig professioneel atleet jaloers op zou zijn ren ik een stukje de straat in naar een punt waar ik nog net wat meer uitzicht heb. Het is een prachtig spektakel dat zich in de tussentijd ontwikkeld heeft. Op meer plaatsen dan ik kan bevatten gaat vuurwerk de lucht in en ik kom dan ook ogen en oren te kort. De komende 10 minuten ren ik constant heen en weer om overal maar zoveel mogelijk vuurwerk te kunnen zien. “Niels! Kom je zo ons eigen vuurwerk afsteken?” vraagt mijn zusje als ik aan kom galopperen. “Ja, nog heel even daar kijken!” roep ik tijdens het voorbij gaan. Ik kijk vervolgens nog even daar, een stukje verderop, een stukje terug en ergens daar overal tussenin, tot om 20 over 12 mijn nieuwsgierigheid naar ons eigen vuurwerk de overhand krijgt. Aansteeklontje aan en de fik erin!
Nou moet ik wel eerlijk bekennen dat de situatie bij mij 13 jaar later eigenlijk niet veel veranderd is...