zenerdiode
VWC lid
RD-onderzoek: Biblebelt met oudjaar rumoeriger
21-02-2009 00:23 | Binnenlandredactie
APELDOORN - Orthodox-christelijke gemeenten kampten net als vorig jaar ook rond de laatste jaarwisseling met beduidend meer schade aan publieke eigendommen dan gemeenten elders in het land. Over de hele linie is de schade echter bijna gehalveerd ten opzichte van de nieuwjaarsnacht van een jaar eerder. Dat blijkt uit onderzoek van deze krant.
Bekijk een kaart met de schade per gemeente
Van de 441 gemeenten reageerden er 300 op de vraag met welke schade ze te kampen hadden, een respons van in totaal 68 procent. Zij leden gemiddeld een schade van 13.000 euro.
De schade in de biblebelt lag afgelopen jaarwisseling 51 procent hoger dan die in de rest van Nederland. Vorig jaar bedroeg dat verschil nog 27 procent. Een inwoner van een niet-orthodox-christelijke gemeente betaalt 0,37 euro om de schade door vandalisme te herstellen, in de biblebelt ligt dat bedrag op 0,73 euro.
Bij de jaarwisseling 2007-2008 ging het om bedragen van respectievelijk 0,92 en 1,17 euro. Dat betekent dat de schade door vernielingen landelijk gezien met gemiddeld 49 procent is gedaald.
Onderzoekers van de Politieacademie concludeerden onder leiding van prof. dr. O. Adang in 2007 dat de onrust tijdens de jaarwisseling zich behalve in sommige wijken van de grote steden concentreert in gemeenten met een orthodox-christelijke signatuur.
Het RD-onderzoek bevestigt volgens Adang, die over enkele maanden landelijke cijfers over het aantal incidenten presenteert, de trend van afnemende schade tijdens oud en nieuw.
De trend dat de biblebelt er minder goed van afkomt, is een hardnekkige, zegt Adang. Dat heeft volgens hem te maken met het feit dat jongeren in de biblebelt hun kans schoon zien de jaarwisseling als uitlaatklep te gebruiken. „Bovendien heerst in orthodox-christelijke gemeenschappen een dubbelzinnige houding ten opzichte van overheidsgezag. We moeten ons onderwerpen aan de overheid, maar sommige zaken kunnen we best onderling regelen, zo meent men.”
Adang benadrukt dat de sterke sociale cohesie en ambivalentie ten opzichte van overheidsgezag niet uniek zijn voor de biblebelt. „Op een andere manier en vanuit een andere achtergrond zijn die ook zichtbaar in sommige volksbuurten en in bepaalde traditioneel armoedige dorpen op het Friese platteland waar het gevoel heerst dat men van de overheid nooit veel kan verwachten.”
Groninger Johan Meijering van de vorig jaar opgerichte Stichting Staakt het Vuren, die ijvert voor een vuurwerkvrije jaarwisseling, waarschuwt dat het RD-onderzoek zich richt op vernielingen van publieke eigendommen, maar dat de daadwerkelijke schade rond oud en nieuw nog veel groter is. „De ’snelle’ lezer kan denken dat het allemaal de goede kant op gaat en dat het met de schade rond oudjaar nog wel meevalt in ons land. Echter, vandalisme en vuurwerk rond de jaarwisseling tasten ook nog eens de gezondheid van mens en dier aan, evenals het milieu. En vergeet niet de particulieren die met vernielingen te maken kregen. Om de reële totale schade in beeld te krijgen, is in Nederland een omvangrijk integraal onderzoek nodig.”
(bron: http://www.refdag.nl )
21-02-2009 00:23 | Binnenlandredactie
APELDOORN - Orthodox-christelijke gemeenten kampten net als vorig jaar ook rond de laatste jaarwisseling met beduidend meer schade aan publieke eigendommen dan gemeenten elders in het land. Over de hele linie is de schade echter bijna gehalveerd ten opzichte van de nieuwjaarsnacht van een jaar eerder. Dat blijkt uit onderzoek van deze krant.
Bekijk een kaart met de schade per gemeente
Van de 441 gemeenten reageerden er 300 op de vraag met welke schade ze te kampen hadden, een respons van in totaal 68 procent. Zij leden gemiddeld een schade van 13.000 euro.
De schade in de biblebelt lag afgelopen jaarwisseling 51 procent hoger dan die in de rest van Nederland. Vorig jaar bedroeg dat verschil nog 27 procent. Een inwoner van een niet-orthodox-christelijke gemeente betaalt 0,37 euro om de schade door vandalisme te herstellen, in de biblebelt ligt dat bedrag op 0,73 euro.
Bij de jaarwisseling 2007-2008 ging het om bedragen van respectievelijk 0,92 en 1,17 euro. Dat betekent dat de schade door vernielingen landelijk gezien met gemiddeld 49 procent is gedaald.
Onderzoekers van de Politieacademie concludeerden onder leiding van prof. dr. O. Adang in 2007 dat de onrust tijdens de jaarwisseling zich behalve in sommige wijken van de grote steden concentreert in gemeenten met een orthodox-christelijke signatuur.
Het RD-onderzoek bevestigt volgens Adang, die over enkele maanden landelijke cijfers over het aantal incidenten presenteert, de trend van afnemende schade tijdens oud en nieuw.
De trend dat de biblebelt er minder goed van afkomt, is een hardnekkige, zegt Adang. Dat heeft volgens hem te maken met het feit dat jongeren in de biblebelt hun kans schoon zien de jaarwisseling als uitlaatklep te gebruiken. „Bovendien heerst in orthodox-christelijke gemeenschappen een dubbelzinnige houding ten opzichte van overheidsgezag. We moeten ons onderwerpen aan de overheid, maar sommige zaken kunnen we best onderling regelen, zo meent men.”
Adang benadrukt dat de sterke sociale cohesie en ambivalentie ten opzichte van overheidsgezag niet uniek zijn voor de biblebelt. „Op een andere manier en vanuit een andere achtergrond zijn die ook zichtbaar in sommige volksbuurten en in bepaalde traditioneel armoedige dorpen op het Friese platteland waar het gevoel heerst dat men van de overheid nooit veel kan verwachten.”
Groninger Johan Meijering van de vorig jaar opgerichte Stichting Staakt het Vuren, die ijvert voor een vuurwerkvrije jaarwisseling, waarschuwt dat het RD-onderzoek zich richt op vernielingen van publieke eigendommen, maar dat de daadwerkelijke schade rond oud en nieuw nog veel groter is. „De ’snelle’ lezer kan denken dat het allemaal de goede kant op gaat en dat het met de schade rond oudjaar nog wel meevalt in ons land. Echter, vandalisme en vuurwerk rond de jaarwisseling tasten ook nog eens de gezondheid van mens en dier aan, evenals het milieu. En vergeet niet de particulieren die met vernielingen te maken kregen. Om de reële totale schade in beeld te krijgen, is in Nederland een omvangrijk integraal onderzoek nodig.”
(bron: http://www.refdag.nl )