Een nieuwe column van Leon Boer: vuurwerk opruimen
Het nieuwe jaar begon dit jaar goed. Gezelligheid, vrienden, bubbels en oliebollen waren de vaste ingrediënten voor een geslaagde viering. Een beetje vuurwerk hoort daar ook altijd bij. Vroeg op de avond voor de kinderen in de tuin en na twaalf uur op straat voor de mannen (de grote kinderen). Ik roep elk jaar weer dat het de slechtst bestede 35 euro van het jaar zijn en daarmee misschien wel de beste 35 euro van het jaar! Het blijft leuk om iets in de fik te steken en gelukkig kan ik dat beperken tot één keer per jaar een klein beetje. Sigaar in de mond (want die aansteeklontjes zijn voor watjes) en de fik er in! Met de buren afgesproken dat we het de andere dag netjes zouden opruimen. Natuurlijk hebben we eerste alle overblijfselen aan de kant van de weg op een hoopje gegooid. Als op 1 januari de zon al een poosje op is, stap ik met prikkende oogjes de deur uit. Eén van de eerste dingen die ik doe is kijken of er op de zaak geen schade is aangericht. Vorig jaar was er voor duizenden euro’s schade, maar deze keer geen vuiltje aan de lucht.
Net toen ik in mijn auto wilde stappen zag ik aan de overkant van de straat een jongetje druk in de weer met de overblijfselen van ons jaarlijkse uitspattinkje. Oei…helemaal vergeten! Het vuurwerk opruimen! Toen ik me met mijn blauwe bak aan de overkant meldde keek het ventje enigszins geïrriteerd op. “Het kan meteen in deze bak,” zei ik tegen hem. “Maar meneer….ik wil het liever zelf houden!” Stomverbaasd stond ik te kijken hoe het kereltje mijn zooi in plastic tasjes stond te proppen. Kennelijk keek ik zo dom dat hij zich genoodzaakt voelde zijn activiteiten toe te lichten. “Daar krijg ik 0,50 cent per zak voor meneer!” In gedachte verzonken droop ik met mijn blauwe container weer af naar de overkant van de straat. Terug in de auto viel mijn oog op het muntje van vijftig cent voor het boodschappenkarretje. “Kijk eens kerel….Hier heb je van mij ook nog vijftig cent! Voor het opruimen.” Tevreden laadde hij zijn buit op zijn fietsje en vertrok naar de volgende vuurwerk stapel. Mijn dag en dus mijn nieuwe jaar begon daarmee met een brede glimlach. Nu moet ik mijn auto nog wassen! Die is helemaal oranje van een verdwaalde vuurpijl. Dat heb ik weer!
Bron
Het nieuwe jaar begon dit jaar goed. Gezelligheid, vrienden, bubbels en oliebollen waren de vaste ingrediënten voor een geslaagde viering. Een beetje vuurwerk hoort daar ook altijd bij. Vroeg op de avond voor de kinderen in de tuin en na twaalf uur op straat voor de mannen (de grote kinderen). Ik roep elk jaar weer dat het de slechtst bestede 35 euro van het jaar zijn en daarmee misschien wel de beste 35 euro van het jaar! Het blijft leuk om iets in de fik te steken en gelukkig kan ik dat beperken tot één keer per jaar een klein beetje. Sigaar in de mond (want die aansteeklontjes zijn voor watjes) en de fik er in! Met de buren afgesproken dat we het de andere dag netjes zouden opruimen. Natuurlijk hebben we eerste alle overblijfselen aan de kant van de weg op een hoopje gegooid. Als op 1 januari de zon al een poosje op is, stap ik met prikkende oogjes de deur uit. Eén van de eerste dingen die ik doe is kijken of er op de zaak geen schade is aangericht. Vorig jaar was er voor duizenden euro’s schade, maar deze keer geen vuiltje aan de lucht.
Net toen ik in mijn auto wilde stappen zag ik aan de overkant van de straat een jongetje druk in de weer met de overblijfselen van ons jaarlijkse uitspattinkje. Oei…helemaal vergeten! Het vuurwerk opruimen! Toen ik me met mijn blauwe bak aan de overkant meldde keek het ventje enigszins geïrriteerd op. “Het kan meteen in deze bak,” zei ik tegen hem. “Maar meneer….ik wil het liever zelf houden!” Stomverbaasd stond ik te kijken hoe het kereltje mijn zooi in plastic tasjes stond te proppen. Kennelijk keek ik zo dom dat hij zich genoodzaakt voelde zijn activiteiten toe te lichten. “Daar krijg ik 0,50 cent per zak voor meneer!” In gedachte verzonken droop ik met mijn blauwe container weer af naar de overkant van de straat. Terug in de auto viel mijn oog op het muntje van vijftig cent voor het boodschappenkarretje. “Kijk eens kerel….Hier heb je van mij ook nog vijftig cent! Voor het opruimen.” Tevreden laadde hij zijn buit op zijn fietsje en vertrok naar de volgende vuurwerk stapel. Mijn dag en dus mijn nieuwe jaar begon daarmee met een brede glimlach. Nu moet ik mijn auto nog wassen! Die is helemaal oranje van een verdwaalde vuurpijl. Dat heb ik weer!
Bron