Bijna uitgeknald ( Column )

ylke

VWC lid
Het is jaren geleden dat ik Koning van Katoren las. Toch staat me één ding nog helder voor de geest, uit dat jeugdboek van Jan Terlouw: het land waarin het zich afspeelt kent een verbod op vuurwerk. De betekenis van dat detail was helder. Een overheid van wie je geen rotje, pijl of voetzoeker mocht afsteken was te flauw voor woorden. Wat een betutteling!

Vier decennia nadat het boek verscheen, is de tijdgeest anders. In januari bleek een ruime meerderheid van de Nederlanders voorstander van een ban op consumentenvuurwerk. In sommige gemeenten staat zelfs D66, de partij die schrijver Terlouw ooit leidde, achter een algeheel vuurwerkverbod.

De grens tussen bescherming en betutteling is een vage. Zorgen dat mensen niet in aanraking komen met ******verwekkende stoffen lijkt bijvoorbeeld geen gekke overheidstaak. Tot dat over het lekkere sjekkie van ome Sjef blijkt te gaan. En haast iedereen heeft een hekel aan vernielende en vechtende zatlappen. Maar om daar nu een hele stad voor droog te leggen... In dit geval is de vervelende vraag hoeveel oogwonden en afgeknalde vingers opwegen tegen de pracht van een sterrenregen of de lekkere rilling om een rotklap.

Tijdens de vorige jaarwisseling maakten wij voor het eerst gebruik van de mogelijkheid legaal vuurwerk af te steken in de uren vóór het grote aftellen. We besloten aan het begin van de avond al wat de lucht in te schieten. Leuk voor de kinderen, die rond middernacht al lang zouden slapen. Maar de eerste knal had nog niet geklonken of vijf jankende jonkies renden naar binnen, gillend als keukenmeiden. In de voordeuropening struikelden ze over elkaar, zo graag wilden ze als eerste wég zijn van dat enge gedoe op straat.

Die generatie komt er nu dus aan. Een vuurwerkverbod is dichterbij dan ooit.

Bron
 
Back
Bovenaan