ROTTERDAM - Oogartsen inventariseren deze jaarwisseling hoeveel mensen zich in ziekenhuizen melden met oogletsel door vuurwerk. De artsen vermoeden dat er meer slachtoffers vallen dan tot nu toe bekend was. De verzamelde gegevens zijn bedoeld als signaal richting politiek Den Haag.
Jan-Tjeerd de Faber, oogchirurg in het Oogziekenhuis Rotterdam en voorzitter van het Nederlands Oogheelkundig Gezelschap (NOG), wil dat het consumentenvuurwerk wordt afgeschaft. Hij vindt de tol die nu moet worden betaald voor dit pleziertje te hoog en hoopt dat het voorbeeld van bijvoorbeeld Australië wordt gevolgd. Dat land heeft in 1987 het consumentenvuurwerk verboden.
De Faber houdt zelf al zes jaar bij hoeveel mensen zich aan het einde van het jaar melden met oogletsel. Gemiddeld zijn dat er dertig per jaarwisseling. “De helft loopt met een sisser af. Maar we hebben elf ogen moeten verwijderen. Als een oog een voltreffer krijgt, mag je in je handen knijpen als je nog 10 procent zicht overhoudt. De gevolgen zijn groot, vooral voor jonge kinderen. Maar ook voor de binnenschipper die zijn werk niet meer kan doen, en de vrachtwagenchauffeur die zijn rijbewijs hierdoor kwijtraakte.”
Kijkend naar zijn eigen registratie bekroop De Faber het gevoel dat er meer slachtofers zouden moeten zijn dan uit de jaarlijkse steekproef van Consument en Veiligheid bleek. “Als er sprake was van een zogeheten rustige jaarwisseling, hadden wij toch telkens een behoorlijk aantal verwoeste ogen gezien.” Vandaar dat honderd dienstdoende oogartsen nu gaan bijhouden welk letsel ze behandelen en ook door welk vuurwerk het is gekomen. De oogartsen verwachten de vuurwerkongelukken eind januari op een rijtje te hebben.
De risicogroep zijn jongens tussen acht en achttien jaar. De Faber:“ Alcohol, testosteron en adrenaline door het vuurwerk vormen een gevaarlijke combinatie. Maar ook volwassenen overkomt het. En de helft is niet eens bezig met afsteken maar staat te kijken.”
De oogartsen raden mensen, die het ondanks de risico’s dit jaar toch niet kunnen laten, aan vooral een veiligheidsbril te dragen.
Jan-Tjeerd de Faber, oogchirurg in het Oogziekenhuis Rotterdam en voorzitter van het Nederlands Oogheelkundig Gezelschap (NOG), wil dat het consumentenvuurwerk wordt afgeschaft. Hij vindt de tol die nu moet worden betaald voor dit pleziertje te hoog en hoopt dat het voorbeeld van bijvoorbeeld Australië wordt gevolgd. Dat land heeft in 1987 het consumentenvuurwerk verboden.
De Faber houdt zelf al zes jaar bij hoeveel mensen zich aan het einde van het jaar melden met oogletsel. Gemiddeld zijn dat er dertig per jaarwisseling. “De helft loopt met een sisser af. Maar we hebben elf ogen moeten verwijderen. Als een oog een voltreffer krijgt, mag je in je handen knijpen als je nog 10 procent zicht overhoudt. De gevolgen zijn groot, vooral voor jonge kinderen. Maar ook voor de binnenschipper die zijn werk niet meer kan doen, en de vrachtwagenchauffeur die zijn rijbewijs hierdoor kwijtraakte.”
Kijkend naar zijn eigen registratie bekroop De Faber het gevoel dat er meer slachtofers zouden moeten zijn dan uit de jaarlijkse steekproef van Consument en Veiligheid bleek. “Als er sprake was van een zogeheten rustige jaarwisseling, hadden wij toch telkens een behoorlijk aantal verwoeste ogen gezien.” Vandaar dat honderd dienstdoende oogartsen nu gaan bijhouden welk letsel ze behandelen en ook door welk vuurwerk het is gekomen. De oogartsen verwachten de vuurwerkongelukken eind januari op een rijtje te hebben.
De risicogroep zijn jongens tussen acht en achttien jaar. De Faber:“ Alcohol, testosteron en adrenaline door het vuurwerk vormen een gevaarlijke combinatie. Maar ook volwassenen overkomt het. En de helft is niet eens bezig met afsteken maar staat te kijken.”
De oogartsen raden mensen, die het ondanks de risico’s dit jaar toch niet kunnen laten, aan vooral een veiligheidsbril te dragen.
Comment